‘Voor de koeien en de kalfjes is dit gebied één grote wei en het eten is heel gezond. De koeien zijn nooit ziek. Medicijnen zijn niet nodig.’
Jan heeft een biologisch vleesveebedrijf met 80 vleeskoeien van het ras Aberdeen Agnes. ‘Het gras uit het gebied is prima voor deze koeien. En ook een mengsel van gras en biezen is als voer te gebruiken. Dat is goedkoper dan gekocht gras, alleen heb je er meer van nodig. Kosten bespaar je er dus niet mee. Maar de koeien vinden het lekker en dat is het belangrijkste.’ Een mengsel van biezen en riet is alleen geschikt als strooisel in de stal. Dit gaat ook weer terug als mest het gebied in. Maaisel dat niet als voer of als stro gebruikt kan worden, omdat er teveel biezen, elzen- en wilgentakken in zitten, wordt in het gebied 2 tot 3 jaar gecomposteerd en daarna uitgespreid. Daarom zie je hier en daar grote hopen liggen. Een kortere CO2-kringloop bestaat er niet.
De vleeskoeien van Jan worden na 3 tot 4 jaar geslacht en in de eigen winkel verkocht. Ze krijgen geen extra voer en gras. Jan: ‘Door terug te gaan naar natuurlijk boeren volgens de ouderwetse manier, krijg je andere landschappen. Al moet het wel passen bij je bedrijf. Voor het Aberdeen Agnes ras is het gras smakelijk en goed te verteren. De koeien moeten wel tevreden zijn.’